TRANS  ELECTRONIC  RAILWAYS BENELUX 
                        

Analoog rijden volgens het grote voorbeeld.

INFORMATIEBLAD      Blokkaart                  TER 610.00,  610.30, 610.40 

FUNKTIE.

De functie van een blokkaart is het gescheiden houden van de treinen.  Dit zal gebeuren door slechts één trein in het blok binnen te laten en alle volgende treinen beletten dit blok binnen te komen.

Om het waarheidsgetrouw rijden mogelijk te maken moet de baan aan een aantal basis voorwaarden voldoen t.w.:

Als de geheel of gedeeltelijke baan in deze blokken is verdeeld, dan kan aan elk blok een blokkaart worden aangesloten en zal de TER blokkaart de beveiliging en waarheidsgetrouw rijden  optimaal uitvoeren.

Enkele eigenschappen van de blokkaart:

Aparte stroomtoevoer van de 3 spoorsecties:

-     stopsectie;
-     remsectie;
-     snelheidssectie;

Progressief optrekken en afremmen;

Detectie, beveiliging en regeling van de trein in het blok;

Driekleuren-seinsturing: GROEN, GEEL, ROOD;

Uitgang voor Duitse signalisatie, (voorsein en hoofdsein);

Bijkomende info-uitgangen van de 3 secties (stop, rem, snelheid), dit om het sturen van o.a. een overweg, automatische wisselkaarten, computer info input, enz.;

Aansluiting om het sein in geval van nood ROOD te zetten;

Het sein van het blok  gaat op ROOD zodra de ompoolschakelaar van het stabiblok op nul of op achteruit  geplaatst wordt;

-                      Het afremming en omgekeerd de optreksnelheid;

-                      de maximumsnelheid in het blok;

-                      de minimumsnelheid om de trein te allen tijde aan de voet van het sein tot stilstand te brengen.

Alle uitgangen zijn kortsluitvast.

UITVOERING TER 610.00 STANDAARD BLOKKAART

De blokkaart is samengesteld uit een hoogwaardige, gedrukte schakeling met zijn elektronische componenten en een frontplaat, voorzien van duidelijke pictogrammen voor het aansluiten van de blokkaart. De universele connector voor de aansluiting naar het spoor is bijgeleverd.

Het is voldoende om de massa-rail “-“ en de 3 secties “+“ (stop, rem en snelheid) aan te sluiten om het blok te laten functioneren.

Desgewenst kan een sein aangesloten worden met LED’s. of lampseinen.

De seinen met lampen worden aangesloten via een versterker, namelijk : TER nr. 716.00.

Armseinen worden aangesloten met tussenkomst van de pulsator           :TER nr. 716.10.

De blokkaart bezit ook nog een DATABUS. De databus is een 10-polige bandkabel met een universele connector en een connector-ingang. Dit is een in- en uitgang voor de elektronische informatie die de blokkaarten onderling uitwisselen. Deze databus verzorgt ook de voedingsspanning van elk blok.

Naast de databus bevindt zich nog een INFO uitgang.

Alle informatie, in of uit, via een universele TER-connector, bestemd voor of van het bedieningspaneel wordt hier aangesloten. Men beschikt over: info V, R en S, vrij- en bezetmelding van het blok, roodzetten van het sein.

TECHNISCHE DATA.

DATABUS.

Voeding                       :           alleen door een TER-stabiblok nr. 610.90-91-92 of 93.

SPOOR UITGANG.

Spooruitgang              :            0-24 volt, afhankelijk van de voedingsspanning.

Seinuitgang                :            3 x 20 mA. Rechtstreekse LED-aansluiting, negatieve sturing.

INFO UITGANG.

Bezetmeldingsuitgang:         1 x 20 mA. Rechtstreekse LED-uitgang, positieve sturing.

Info-uitgang van
V, R en S-sectie              :        3 x 20 mA. Rechtstreekse LED-aansluiting, positieve sturing.

Stopingang                      :         positieve spanning 5 tot 24 volt.

UITVOERING TER 610.30 STATION START/STOP BLOKKAART

De stationsblokkaart is samengesteld uit een hoogwaardige, gedrukte schakeling met zijn elektronische componenten.

De frontplaat bevat een reeks pictogrammen, zodat aansluiten zeer eenvoudig is. Een bijgeleverde schakelaar voor seinbediening en twee universele connectors voor de aansluitingen naar het spoor en seinschakelaar.

FUNKTIES.

Idem als blokkaart nr. 610.00, doch met bijkomende mogelijkheid om het bloksein op automatisch of op handbediening open te stellen.
Deze blokkaart wordt vooral gebruikt bij:

-                      bij een stationsinrit;

-                      bij de stationssporen zelf;

-                      bij een splitsing;

-                      of bij blokken waar stoppen moet of kan plaats vinden.

De schakelaar voor de seinbediening kan de volgende standen innemen:

-neutrale stand 1:     na doorrit van een trein komt het sein op rood en blijft rood, zolang de schakelaar in deze stand blijft.
De volgende trein stopt dus vóór het RODE SEIN.!

-puls stand 2:   een puls gegeven met de schakelaar zal het sein op groen zetten en de trein kan uitrijden, mits het volgende blok ook een dusdanig seinbeeld geeft dat uitrijden kan geschieden. Na de puls zal de volgende trein eveneens stoppen en wachten op wederom een puls om te vertrekken.
                                  

-vaste stand 3:  de blokkaart vertoont nu dezelfde eigenschappen  als blokkaart nr. 610.00

UITVOERING TER 610.40 STATION HANDREGELING / AUTOMATISCHE BLOKKAART

Regeling voor het automatische- of handbediening (AUT/MANUEEL) is samengesteld uit :

1.     een hoogwaardige, gedrukte schakeling met haar elektronische
componenten;

2.     een aluminium frontplaat met duidelijke pictogrammen voor de aansluiting

3.     een mini bedieningspaneel als inbouw op het bedieningsbord.(OKB)

Dit mini bedieningspaneel bevat diverse schakelaars:

-            een potentiometer;

-            een front uit zwart zelfklevend polycarbonaat film met krasvrije, witte opschriften.

Bijgeleverd is een kabel ( standaard 1 meter) met connectors voor aansluiting van het minipaneel.

FUNKTIES.

De blokkaart TER 610.40 vervult dezelfde functies als de standaard blokkaart
echter heeft de mogelijkheid om de trein in het aangesloten blok  AUTOMATISCH OF HANDGESTUURD TE LATEN RIJDEN, WAARBIJ DE OMLIGGENDE BLOKKEN AUTOMATISCH HET RIJGEDRAG EN SEINBEELDEN AANPASSEN.

De TER 610.40 blokkaart wordt vooral gebruikt bij bloksecties, waar rangeringen moeten worden uitgevoerd, zoals:

FABRIEKSAANSLUITINGEN.

ZIJSPOREN IN EEN STATION.

SPOREN VAN EEN KOPSTATION.

UITTREKSPOREN EN OPSTELSPOREN.

De werking van deze blokkaart is tweeledig:

~ ofwel totaal automatisch,

~ ofwel handbediende treinrit.

 Bedieningspaneel. TER 610.40

De automatische bediening, evenals de handmatige bediening is ondergebracht op het mini bedieningspaneel:

1.     De schakelaar met pijlpictogram om de rijrichting te
bepalen van de trein of het stoppen hiervan (middenstand).

2.     De schakelaar met het spoorpictogram laat toe om het blok op automatische
of  handbediening te plaatsen.

3.     De schakelaar met het seinpictogram laat dezelfde bedieningen toe als de driestandenschakelaar bij de stationsblokkaart.

4.     De potentiometerknop laat toe de treinsnelheid te regelen bij achteruit en ook bij vooruit, wanneer het blok handmatig bediend wordt.

De volgende regels dienen in acht genomen te worden om met een TER 610.40 blokkaart treinen binnen te halen of uit te rijden:

1.       INRIT:   -           rijrichtingsschakelaar op vooruit.

            AUT/MAN schakelaar op AUT.

2.       UITRIT: -           kan gebeuren met automatische- of met handbediening;

                                 -           bij een veilig uitrijsein is er in beide gevallen automatische
                                             snelheidsinformatie naar het volgende blok en verlaat de
                                             trein het blok zonder schokken.
                                 -           Op handbediening is het mogelijk het rode sein te

overschrijden. Blokovergang is op dat moment zonder snelheidsinformatie.

AUTOMATISCH.

De rijrichtingsschakelaar moet op vooruit staan, d.w.z. in de normale rijrichting van de baan.
Wanneer de rijrichtingsschakelaar op achteruit staat, komt het sein van het voorgaande blok op rood en is de snelheid in het AUT/MAN blok afhankelijk van de handbediening.

Indien de rijrichtingsschakelaar op vooruit staat, is de potentiometer buiten werking, maar het is toch aan te raden deze op nul te plaatsen om bij omschakeling geen onverwachte bewegingen bij de trein te te laten plaatsvinden.

Wanneer de AUT/MAN schakelaar met het spoorpictogram in de AUT stand staat, gedraagt het blok zich als een normaal blok. De automatische werking van het sein is afhankelijk van de stand van de schakelaar met het seinpictogram (zie stationskaart TER nr. 610.30).

HANDBEDIENING.

Om over te gaan op handbediening is het noodzakelijk om de trein op automatisch het blok binnen te laten en het stel te laten stoppen voor het rode sein en dan pas om te schakelen op handbediening.
De rijrichting en snelheid zijn op handbediening totaal onafhankelijk van de andere blokken.

Wanneer op het stabiblok de rijrichting in achteruit geschakeld wordt, blijft de snelheid in het blok onder controle van de potentiometer van het AUT/MAN blok.

De handbediening van het sein is afhankelijk van de stand van de schakelaar met het seinpictogram (zie TER 610.30 stationsblokkaart).

Tijdens de handbediende rangeringen moet het uitritsein rood blijven. Pas bij het buiten rijden van het blok wordt het uitritsein opengezet.

AANSLUITING.

De aansluitingen zijn dezelfde als van een blokkaart TER nr. 610.00. Het mini bedieningspaneel wordt aangesloten via een bijgeleverde kabel. De uitgang op het H/A blok voor aansluiting van deze kabel is gemerkt met een pictogram van een mini bedieningspaneel 610.40.

ALGEMENE DATA.

Stroomsterkte   : 2 Amp. permanente belasting.

Veiligheid                     : elektronisch beveiligd tegen overbelasting en permanente
                                                 kortsluiting. Herstelt zichzelf na verwijdering van kortsluiting of overbelasting.

Stroomverbruik : elektronica: 30 mA.

Afmetingen                  : 185 mm x 120 mm x 22 mm.

Gewicht                        : ongeveer 150 gr.